Dalle Dolomiti all’Umbria
- Forst (D) 1 nacht
- Collepietra 4 nachten
- Venetië 3 nachten
- Bastia Umbra 5 nachten
- Cortona, Lucignano en Monte San Savino 3 nachten
- Verona 2 nachten
- Sirmione 3 nachten
FORST (D): Onze roadtrip van 2023 begon op het juiste moment. Inge en ik hadden alle twee het hele jaar weer hard gewerkt en we waren écht toe aan een gezonde dosis Italia! In Duitsland hadden we onze eerste tussenstop ingepland in Forst, in een hotel aan een meertje met een restaurant en eigen parkeergelegenheid. Dat zijn voor ons ook wel de minimale vereisten als we een tussenstop maken, omdat we de auto dan niet helemaal uit hoeven te laden en ook niet op zoek hoeven naar een eetgelegenheid. We hadden in Duitsland veel files gehad (het woord Stau kan ik niet meer zien of horen!) en waren dus blij met dit hotel, waar we prima hebben kunnen eten en uitrusten.
De volgende dag gingen we fris en fruitig op weg naar onze eerste Italië halte, Collepietra in Zuid-Tirol. Ik had wat last van mijn rug gekregen op dag 1, dus op een bepaald moment besloot ik even te pauzeren om de benen te strekken en de rug wat te ontlasten. Om de hoek van onze parkeerplaats bleek een prachtig klooster te zijn, de abdij van Ettal, dus daar hebben we óók mooi even van genoten.
COLLEPIETRA: Na een mooie autorit vanuit Duitsland via Oostenrijk naar Italië kwamen we uiteindelijk aan bij onze eerste halte in Zuid-Tirol: Collepietra, vlakbij Bolzano. Een prachtig plaatsje met een hotel dat op een schitterende locatie lag met ’s morgens en ’s avonds een mooi uitzicht op de bergen.
Dit gebied is vooral bekend om de mooie natuur met het schitterende natuurfenomeen: de Aardpiramiden. Je kan daarvan zoveel foto’s maken als je wilt, maar die zullen nooit de werkelijke schoonheid kunnen benaderen. Daarvoor zul je er toch echt zélf een keer naar toe moeten rijden!
Collepietra is tweetalig, maar Duits is hier toch wel de belangrijkste taal. Je waant je er dan ook eerder in Duitsland of Oostenrijk dan in het Italië zoals de meesten van ons dat zullen kennen. De mensen zijn er gelukkig nét zo vriendelijk, gastvrij en hartelijk!
MERANO: Vanuit Collepietra bezochten we een dagje het mooie stadje Merano. Dit is na Bolzano de tweede grote stad in deze regio. Merano is een héél leuk stadje, met een leuk winkelgedeelte waar je, net als in veel andere Italiaanse steden, heerlijk in de schaduw van de portici kan shoppen. Daarnaast is Merano bekend vanwege een prachtige promenade langs de rivier de Passer. De combinatie van het vele groen, de palmbomen, de snel stromende rivier, de grandeur van de promenade en de machtige bergen op de achtergrond is een lust voor het oog! Wij hebben er op een terras gezeten waar we onze ogen uitkeken naar de mensen die voorbijgaan. Onderwijl genietend van een voor mij nieuwe drank, de Cynar Spritz. Vergelijkbaar met de Aperol Spritz, maar totaal anders van smaak. Cynar is een Italiaanse bitterlikeur die o.a. op smaak gebracht is met artisjokken. Vervang die Aperol nou eens door dit drankje en geniet!
Verder kom je in Merano vaak de beroemde keizerin Sissi tegen. Zij verbleef hier vaak en ook voor langere periodes in Castel Trauttmansdorff. Dit kasteel ligt iets buiten de stad en is vooral de moeite van een bezoek waard vanwege de prachtige tuinen!
PADUA: In 2018 waren we al eens in de stad Padua (Padova) geweest en waren toen al erg onder de indruk van haar schoonheid. Omdat we nu voldoende tijd hadden tussen het uitchecken in Collepietra en het inchecken in Mestre besloten we er een tussenstop te maken om te lunchen. Mooie stad hoor! Zeer levendig door de vele studenten. Maar ook móói door de prachtige architectuur en mooie pleinen zoals het beroemde Prato del Valle, het grootste plein in Italië! Dus als je in de buurt bent, niet overslaan!
VENETIË: Vorig jaar hebben we ons in Venetië laten rondleiden door Marian Muilerman van Venetian Steps. Marian heeft ons toen op een andere manier met Venetië laten kennismaken door ons de (voor ons) iets minder bekende gedeeltes te laten zien. Hierna werden we op slag verliefd op deze stad. Daarom kozen we ervoor om dit jaar nogmaals naar Venetië af te reizen omdat we nog lang niet alles hadden gezien natuurlijk en daar hebben we geen moment spijt van gehad! We vonden een geweldige B&B in Mestre. We zaten op loopafstand van het toch best gezellige centrum van Mestre waar we de eerste avond heerlijk hebben gegeten onder de Torre dell’Orologio. Met de bus, die vlak om de hoek van de B&B stopte, was het zo’n 20 minuten rijden naar Venetië, wat mij betreft dus ideaal! We hebben o.a. de kunstzinnige wijk Dorsoduro bezocht en we zijn helemaal doorgelopen naar de Punta della Logana, aan de overkant van Piazza San Marco.
Op advies van onze gastheer van de B&B zijn we verder ook het Palazzo Franchetti binnengelopen. Dat kón (gratis) omdat er een tentoonstelling was in het kader van de Biennale. Prachtig pand!
MURANO/BURANO: Uiteraard bezochten we dit jaar ook weer de eilanden Murano, vooral bekend vanwege de glasblazerij, en het eiland Burano met de prachtig gekleurde huizen! Met de Vaporetto, zeg maar ‘de bus’ maar dan in de vorm van een boot, vertrokken we relatief vroeg naar Murano om het dit jaar iets beter te verkennen dan vorig jaar. Toen verbleven we hier namelijk maar een korte tijd. En Murano beviel ons nu erg goed hoor. Het was vandaag wel enorm warm dus we bewogen wel, maar met een enorme slakkengang om maar niet oververhit te raken! We hebben in Murano (écht) heerlijk geluncht bij Trattoria Valmorana.
De reis ging verder: met de Vaporetto dóór naar Burano. Bekend vanwege de prachtige kleurrijke huisjes. We hadden er een ontmoeting met een bewoner die op een ladder erg druk was met het bijwerken van de kleuren. Hij vertelde ons dat men verplicht is om de kleuren levendig te houden! Tijdens ons bezoek aan Burano werden we getrakteerd op een muzikaal intermezzo door een plaatselijk zanggezelschap, en dat ging er érg vrolijk aan toe!
BASTIA UMBRA: Ná Venetië zetten we onze reis voort naar Umbria, we logeerden in Bastia Umbra, onder de rook van Assisi. We besloten al snel om het ritme van de Italianen aan te gaan houden in verband met de warmte. Dat betekende dus dat we ’s morgens op ontdekkingstocht gingen om in de middag onze rust te pakken, bij voorkeur aan het zwembad. Wat dat laatste betreft hadden we geluk, want de accommodatie waar we verbleven had een prima zwembad met dito ligstoelen.
Op onze eerste dag in Umbria reisden we af naar het waterrijke plaatsje Rasiglia, op advies van diverse Umbria liefhebbers. Rasiglia is een klein dorp dat ook wel het Venetië van Umbria wordt genoemd. Persoonlijk vind ik dat wat overdreven, maar ik ben zo langzamerhand dan ook een ware Venetië liefhebber geworden. Ik zou het een schattig of charmant plaatsje willen noemen, maar op de zondag dat wij er waren werd het dorp werkelijk overspoeld door Italiaanse dagjesmensen. Ik kan me voorstellen dat er meer te genieten valt als het iets rustiger is!
Na onze siësta hebben we in de avond gedineerd in Assisi. We zijn al vele malen eerder in Assisi geweest, maar dit was de eerste keer dat we dat ’s avonds deden. Dan ervaar je Assisi toch echt op een héél andere manier. Het is er veel rustiger dan overdag natuurlijk, de meeste toeristen zijn immers weer naar hun vakantieverblijf teruggekeerd, en de verlichte straten geven de tóch al mooie stad een bijzondere, bijna sprookjesachtige sfeer.
SCHEGGINO, SPOLETO, SPELLO: De volgende dag bezochten we, ook weer op advies van andere Italië kenners, het plaatsje Scheggino. Een heel klein plaatsje aan de rivier de Nera waar het echt lijkt of de tijd heeft stil gestaan. Er is bijzonder weinig te doen, maar de betovering zit hem in de kleine straatjes waar je doorheen loopt. Er is ook een truffelmuseum, maar we hadden weer pech, gesloten!
We reisden door naar de prachtige plaats Spoleto waar we vorig jaar ook al waren geweest. Heel bijzonder is het feit dat je de auto in Spoleto in de parkeergarage kan parkeren en daarna op een lopende band plaats kan nemen die je naar de hogere gedeeltes van de stad brengt. Helemaal bovenin kom je o.a. bij de prachtige aquaduct, de Ponte delle Torri. Deze hebben we dit jaar van wat dichterbij bekeken dan vorig jaar. Hoe konden ze het zo bouwen vroeger…het aquaduct is maar liefst 230 meter hoog en zo’n 80 meter lang. En in die tijd bestond er voor zover ik weet nog geen arbowet!
’s Avonds bezochten we het mooie plaatsje Spello. Een prachtig middeleeuws stadje, vooral bekend vanwege de “Infiorate“, een traditie die jaarlijks op de tweede zondag na pinksteren wordt gevierd en waarbij door de bewoners een prachtig bloementapijt wordt gelegd door de hele stad. Na ons korte bezoek aan Spello hebben we weer heerlijk gedineerd in onze accommodatie.
GUBBIO, BEVAGNA en MONTEFALCO: De laatste twee dagen van ons verblijf in Umbria hebben we besteed aan een aantal prachtige plaatsen. Allereerst bezochten we Gubbio. Een middeleeuwse stad met ongeveer 17.000 inwoners, gebouwd tegen de helling van de Monte Ingino. Je vindt er veel smalle en soms zéér steile straatjes, maar….er is óók een publieke lift voor de luilakken onder ons! Ik hoorde van een vriend dat die lift als zeer prettig werd ervaren…
Gubbio heeft veel mooie bezienswaardigheden. Er is een mooi Romeins theater, het prachtige Palazzo dei Consoli en nog wat hoger op de berg vind je de Basilica di Sant’Ubaldo.
Omdat ik vóór ons vertrek naar Italië niet meer in de gelegenheid was geweest om mijn kapsel wat te fatsoeneren besloot ik mij bij Barbieria di Urbanelli Giuliano maar eens onder handen te laten nemen. Nou, die heeft er een zéér tevreden klant bij kan ik u verzekeren!
De volgende dag, onze laatste dag in Umbria, gingen we naar Bevagna en naar Montefalco. Beide plaatsen ook weer prachtig! In Bevagna werden de schoolkinderen nog keurig aan het lijntje gehouden! Verder eigenlijk meer van het zelfde, mooie middeleeuwse straatjes en pleinen, heerlijk eten en drinken etc., maar wij krijgen daar nu eenmaal géén genoeg van!
We sloten ons verblijf in Umbria ’s avonds af met een bezoek aan de prachtige Basilica di San Francesco d’Assisi en daarna met een mooi diner bij Ristorante La laterna.
CORTONA, LUCIGNANO en MONTE SAN SAVINO: Onze reis ging verder naar Toscane, deze keer verbleven wij in een accommodatie onder de rook van het prachtige Cortona. Dit mooie plaatsje is voor veel (Amerikaanse) toeristen vooral bekend geworden door de mierzoete film “Under a Tuscan Sun”.
Op weg naar onze bestemming deden we de plaatsen Lucignano en Monte San Savino aan. Lucignano wordt ook wel de parel van de Valdichiana genoemd. Het is een zeer mooi en authentiek dorp, waarin duidelijk een verschil te zien is tussen het toenmalige arme en en rijke gedeelte van het dorp. We troffen er een groep kunstenaars aan die vakkundig de schoonheid van het dorp probeerden vast te leggen. Monte San Savino was óók alweer zo’n klein maar zeer lieflijk plaatsje. Als u in de buurt bent is het echt de moeite waard om eens een kijkje te nemen!
De middag besteedden we aan het zwembad van onze accommodatie en dat was geen straf, het was érg warm vandaag! ’s Avonds bezochten we Cortona en dineerden we met uitzicht op het Piazza Signorelli.
ABBAZIA DI MONTE OLIVETO MAGGIORE, BUONCONVENTO en MONTALCINO: Op advies van onze gastvrouw zijn we naar Abbazia di Monte Oliveto Maggiore geweest. Deze abdij, waar nog steeds monniken wonen en werken, ligt middenin de natuur, vlakbij Siena in de Crete Senesi. De abdij is gesticht in de veertiende eeuw door drie rijke edellieden die hun luxe leventje zat waren en daarom besloten om zich voortaan af te zonderen van de grote boze wereld op deze rustgevende locatie. Zij besloten voortaan te leven volgens de regels van de Heilige Benedictus, die je daarom ook overal binnen de abdij tegenkomt. Zo is in een kloostergang de levensloop van Benedictus weergegeven op schitterende fresco’s. Wat wij óók heel bijzonder vonden was de aangelegde vijver die bleek te dienen voor de kweek van vis, voor consumptie! Verder zagen we de eetzaal, de schitterende bibliotheek en een mooie wijnkelder met likeuren en wijnen die door de monniken gemaakt worden.
Na ons bezoek aan de abdij bezochten we nog de mooie plaatsen Buonconvento en Montalcino. Wij eindigden onze dag met een heerlijk diner en een goed glas wijn bij Ristorante La Loggetta in Cortona, een restaurant waar wij tijdens een eerdere roadtrip al eens hadden geluncht. Vanaf het mooie terras kijk je uit op de Piazza della Repubblica en het prachtige, iconische stadhuis: El Palacio Comunal.
MONTEFOLLONICO, LA CAPPELLA DELLA MADONNA DI VITALETA EN SAN QUIRICO D’ORCIA: Op onze laatste dag in Toscane hebben we veel rondgereden om te genieten van de schitterende omgeving. Ondanks dat het nog zéér warm was, kon je tóch overal wel de voortekenen zien van het einde van de zomerperiode. De zonnebloemen waren aan het eind van hun latijn en hielden de koppen gebogen, het landschapsbeeld wisselde van groen en weelderig naar dor, met hier en daar een eenzame boom.
We reden na een tip van een ‘Italië Roadtrips volger’ naar het plaatsje Montefollonico. Dan denk je in de loop der jaren toch al veel gezien te hebben in Toscane, kom je in dit dorpje terecht! Prachtig mooi, alsof de tijd er werkelijk heeft stil gestaan!
We bezochten inmiddels bijna traditioneel de Cappella della Madonna di Vitaleta. Vlak naast de kapel is naar ik meen sinds vorig jaar een horecagelegenheid gevestigd. Ik las commentaren van mensen die dat afbreuk vonden doen aan de authenticiteit van de plek, maar ik zie dat anders. We hebben er heerlijk op het terras gezeten met een hapje en (daar is ie weer) een goed glas wijn. Omdat er geen muziek wordt gedraaid blijft de rust en de sereniteit van deze locatie wat mij betreft prima gewaarborgd. Maar goed, ga er naar toe en oordeel zelf!
Tenslotte bezochten wij het dorp San Quirico d’Orcia waar wij tot nu toe nooit waren geweest. Het dorp waarvan de stadsmuren nog gedeeltelijk intact zijn, wordt in tweeën verdeeld door de Via Dante Alighieri. Belangrijkste bezienswaardigheid is naar mijn mening de Colleggiata di San Quirico e Giulitta. Een prachtige gotische kerk met een Romaans uiterlijk. Verder was in de “Horti Leonini” een bijzondere beeldententoonstelling te zien. Na het nuttigen van een heerlijke gelato reisden we weer af richting Cortona om daar ’s avonds in onze accommodatie een van onze beste avondmaaltijden van de vakantie te nuttigen, geweldig!
VERONA: Onze roadtrip naderde langzaam maar zeker het einde. We reden naar Verona. De stad waar we ooit onze (te jonge) kinderen bloot stelden aan de opera Aïda in het prachtige colosseum, de Arena van Verona. Ze zijn er nóóit meer van bijgekomen…
Verona is de stad van de liefde (hoewel meerdere steden in Italië daar patent op menen te hebben). Dit wordt vooral gevoed door het feit dat Verona de stad is van Romeo en Julia. Het bekende verhaal zou zich hier hebben afgespeeld en Julia, die in het Italiaans Giulietta heet, zou hier gewoond hebben. Je kan dat huis (Casa di Giulietta) bezoeken. Hier vind je ook een standbeeld van deze dame alsmede een balkon waar menig toerist inmiddels de beroemde balkonscène heeft nagespeeld. Houd er rekening mee dat je niet de enige bent die graag eens het huis van de enige echte Julia wilt zien. Wij zijn er geweest, maar we waren er ook snel weer weg, iets te druk voor ons!
Als je in Verona bent moet je echt even de Funicolare opzoeken die je naar Castel San Pietro brengt. Je hebt daar een prachtig uitzicht op de stad. TIP: Koop een enkeltje omhoog, naar beneden kan je gemakkelijk wandelen!
Verder moet je Verona natuurlijk maar lekker rustig zelf verkennen. Je kan er geweldig shoppen als je dat wilt, en restaurants zijn er in overvloed! Zoek een beetje buiten de meest beroemde pleinen als Piazza Bra (biij de Arena) en de Piazza delle Erbe. Je zal zien dat je dan vaak lekkerder eet en vooral een stuk voordeliger! Wij hebben o.a. gegeten bij Osteria Sgarzarie, naast het bijzondere plein Corte Scarzarie. Vroeger zou hier wol verhandeld zijn, en ze hebben er een bijzonder vormgegeven plein aan overgehouden!
SIRMIONE: Onze laatste halte van deze roadtrip is Sirmione. Helaas zou ons verblijf hier iets anders uitpakken dan wij hadden gehoopt. Al vanaf dag één van deze vakantie werd ik geplaagd door vervelende rugpijn. Ik heb in het verleden maar liefst twee hernia operaties gehad en daar had ik al jaren geen last meer van gehad, maar dit jaar was ik weer eens aan de beurt. Ik heb er zóveel last van gehad dat ik er slecht van liep, slecht van sliep en zodoende de laatste dag van de vakantie de hele dag in de hotelkamer heb verbleven.
Gelukkig zijn we nog wel in de gelegenheid geweest om op de heenreis naar Sirmione langs Vallegio Sul Mincio te rijden, dat was zéér de moeite waard. Bij het Gardameer zélf hebben we nog een boottocht kunnen maken naar Desenzano en naar Lazise. In die laatste plaats was een grote markt dus die hebben we “gelukkig” nog even mee kunnen pakken (ik ben geen grote fan van markten…).
Nou ja, hoe dan ook, we hebben deze vakantie weer genoeg mogen genieten van ons geliefde Italië. Ik ben benieuwd waar we volgend jaar terecht komen. Onze dochter heeft namelijk besloten om te gaan reizen en zal hopelijk (voor háár dan) volgend jaar nog ergens in het verre oosten zitten. Dan ontkomen we er denk ik niet aan om onze jaarlijkse Italië roadtrip een keer over te slaan en om richting Indonesië, Laos, Vietnam of Thailand te reizen. Ook niet verkeerd natuurlijk!